Terug naar zoekresultaten

4.RCMA Inventaris van de kaarten, tekeningen en foto's behorend tot het archief van de Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam (RCMA), 1908-1980

Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

4.RCMA
Inventaris van de kaarten, tekeningen en foto's behorend tot het archief van de Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam (RCMA), 1908-1980

Auteur

R.T.M. Guleij

Versie

04-01-2022

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1987 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

NV Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam
Rubber Cultuur Mij. / Kaarten en tekeningen

Periodisering

oudste stuk - jongste stuk: 1908-1980

Archiefbloknummer

RCMA

Omvang

1226 inventarisnummer(s)

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het. Een deel is in hetof.
Nederlands
Engels
Frans

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

NV Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam, , 1908-1980

Samenvatting van de inhoud van het archief

Dit van het hoofdarchief afgescheiden deelarchief bevat kaarten, tekeningen en foto's van de directie van de Rubber Cultuur Maatschappij te Amsterdam. De archiefstukken zijn afkomstig uit enerzijds Nederlands-Indië (periode: 1908-1958) en anderzijds uit ontwikkelingslanden waar de RCMA actief was (periode: 1954-1980).
De stukken uit Nederlands-Indië bestaan uit kaarten (concessies en erfpacht, beheer, aanplant, emplacement), topografische overzichtskaarten en technische tekeningen inzake de productie van koffie, latex, oliepalm, rubber en thee; transport, waterkracht, civiele werken en diversen. Het materiaal uit de ontwikkelingslanden omvat ook kaarten (algemeen, onderneming/beheer, aanplant, bodem, infrastructuur/emplacement en meet- en hoogtekaarten), topografische kaarten (Azië, Afrika, Midden- en Zuid-Amerika) en technische tekeningen (betreffende Costa Rica, Ghana, Indonesië, Liberia, Mozambique, Suriname, Tanzania en diversen).
Beide delen bevatten foto's. Zie toegang 2.20.40 voor het hoofdarchief.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
Historisch overzicht
De N.V. Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam (RCMA), opgericht in 1908, stelde zich ten doel: "de exploitatie van landbouwondernemingen in Nederlandsch-Indië (uitgezonderd de residentien Soerakarta en Djokjakarta), in de eerste plaats door cultuurvan caoutchouc en verder de handel in verkregen producten zoomede het deelnemen in ondernemingen die een soortgelijk doel beoogen" ( Mrs van Nierop & Baak's. Naamloze Vennootschappen, Jrg. 1908. ) . De maatschappij begon op Java een rubberaanplant met koffie als tussenbeplanting ( Afdeling Tanggoel der Residentie Besoeki. ) . In 1918 volgde de theeaanplant op Sumatra. Na 1920 ging de RCMA zich meer concentreren op de Oostkust van Sumatra met rubber en oliepalm als belangrijkste cultures. Met name in de eerste twintig jaren van haar bestaan breidde de RCMA haar activiteiten sterk uit door de overname van verschillende maatschappijen en/of ondernemingen. Ook werden er overeenkomsten - zogenaamde landbouwconcessies - gesloten met zelfbestuuurders ofwel inlandse vorsten. ( In de Landschappen waren het de zelfbestuurder en zijn rijksgroten, aan wie een landbouwondernemer zijn recht ontleende; in rechtstreeks bestuurd gebied was deze autoriteit steeds het Gouvernement. De door zelfbesturen aan particulieren verleende grondrechten werden landbouwconcessies genoemd; in rechtstreeks bestuurd gebied noemde men het erfpacht. Na de zgn. erfpachtordonnantie (Ind. stb. 1919 no.61, 1921 no.453 en 1927 no.191) kon het zelfbestuur niet langer landbouwconcessies verlenen, maar was het verplicht voor het vervolg gronden voor de particuliere landbouw uit te geven met het burgerrechtelijk recht van erfpacht. In de praktijk bleven voor de Landschappen met "Lange contracten", waaronder Deli, Serdang en Langkat, gewoon de oude voorschriften van kracht. Dat het recht van erfpacht in bovengenoemde Landschappen nooit is doorgevoerd, hield verband met aanvullende overeenkomsten, die tussen gouvernement en de zelfbestuurder gesloten moesten worden. ) . Bij deze overeenkomsten werd in een concessieakte ( zie noot 11, inv. nr. 1236. Hierin beknopte gegevens over landconcessies op Sumatra en erfpachtspercelen op Java. ) , een overeenkomst tussen een zelfbestuurder en een niet-inheemse landbouwondernemer, de voorwaarden vastgelegd met betrekking tot de uitoefening van een landbouwbedrijf.
In 1949 opende de RCMA samen met de stoomvaartmaatschappij "Nederland" een latex-tankbedrijf te Amsterdam. In november van dat jaar verliet het eerste schip met 290 ton Latex aan boord de Belawanhaven op de Oostkust van Sumatra met bestemming Amsterdam.
De RCMA beheerde in de eerste 50 jaar van haar bestaan in totaal een cultuurareaal van 37.000 hectare, en behoorde tot de grootste in Nederlands-Indië werkzame rubbermaatschappijen. ( Vergelijkend overzicht Rubber Maatschappijen, 1913-19l6., uitgave Financieel Weekblad voor de Fondsenhandel, Nationaal Archief, Tweede Afdeling, H.M.F. Bolder e.a. Plaatsingslijst Nederlandse Rubber Maatschappij, 1909-1924. Toegang: 2.20.02, inv. nr. (65) 168 en: Bijzonderheden betreffende de voornaamste rubber-maatschappijen over de jaren 1927 t/m 1936. zie noot 11, inv. nr. 1321 ) In 1954 had de RCMA zich al buiten Indonesië begeven met de ontwikkeling van een sisal-onderneming in Tanzania. Na de nationalisatie van de bedrijven door Indonesië in 1957 werd het werkterrein in Afrika verder uitgebreid. Snel daarop volgden investering en in Midden- en Zuid-Amerika. In 1970 nam de RCMA geheel of gedeeltelijk deel in de volgende bedrijven ( O.a. uit "Background information on the N.V. Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam". zie noot 11, inv. nr 70. ) :
deelname sinds maatschappij onderneming land product
100% 1954 Lugongo Estates Ltd. Lugongo Tanzania sisal
100% 1955 Zembe Aktion Gesellschaft Zembe Mozambique sisal, citrus
75% 1958 Salala Rubber Corporation Gibi Liberia rubber
75% 1959 Compania Agricola Amsterdam Icacal Panama oliepalm
40% 1960 Compania Columbiana de Desarollo "Coldesa" La Arenosa Columbia oliepalm
40% 1962 Agroganadera Amsterdam Colombia La Arenosa Colombia oliepalm
100% 1963 Surinaamse Cultuur Mij Marienburg, Peperpot Suriname suiker, koffie
100% 1964 Usambara Spinning Company Usambara Tanzania landbouwgaren
Vanwege de veelzijdige activiteiten en de geheel veranderde bedrijfsvoering na 1954 - in Indonesië werden de ondernemingen uitsluitend zelfstandig geëxploiteerd, terwijl in de nieuwe opzet aan het samengaan met anderen de voorkeur werd gegeven - bleek reorganisatie en herziening van het handelsapparaat noodzakelijk.
In de loop van het verslagjaar 1960 werd een aanvang gemaakt met de interne reorganisatie van de maatschappij ( zie noot 11 , inv. nr. 1896 Jaarverslagen over de boekjaren 1960 en 1961. ) . Het ondernemingsbeheer werd gescheiden van de handelsactiviteiten en in een afzonderlijke vennootschap, de "Amsterdamse Technische Assistentie Maatschappij" (ATAM of ATAC), ondergebracht. Naast het beheer van de eigen ondernemingen gaf de ATAM ook adviezen aan ondernemingen van derden. Voor een overzicht van alle projecten en studies van 1955 tot 1971 uitgevoerd door de RCMA en/of de ATAM zie bijlage I. Voor de verkoop werd de handelsmaatschappij "Rubol Amsterdam N.V." opgericht.
In plaats van op het ondernemingsbeheer kwam in de jaren zestig het accent steeds meer te liggen op uitbreiding van de handelsbelangen. De snelle groei van het handelsapparaat bracht een steeds gecompliceerder onderneming met zich mee, hetgeen blijkt uit het concernschema van 1972:
Embedded Image Als gevolg van economische en politieke ontwikkelingen in een aantal landen waar de RCMA werkzaam was, begon in de jaren '70 de vermogenspositie te verslechteren. In 1975 werd door onrust in Columbia en Mozambique het dieptepunt bereikt, en wordt gesproken over "een op dat moment vrijwel ontredderde RCMA" ( Verslag en preadvies van commissarissen, l2 mei 1980. zie noot 11, inv. nr. l897 Jaarverslagen 1965-1982. ) . In 1978 werden de handels en beheersactiviteiten tot een minimum teruggebracht en eind '82 ging men bij de zo goed als failliete RCMA over tot een kapitaalsreconstructie ( Door een zgn. "reverse take-over constructie" werd het aandelenkapitaal van de RCMA tot f 320.000.= teruggebracht en werd door onderhandse uitgifte van nominaal f 6.080.000,= door Catz International een belang van 95% verworven. zie noot 11, inv. nr. l897 Verslag 1982. ) .
Thans is de RCMA, uitsluitend als handelsonderneming, onderdeel van Catz International B.V. te Rotterdam, die in '82 een belang van 95% in de op de beurs genoteerde N.V. Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam verwierf.
Projects and studies
Projects and studies carried out since 1955 by the "Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam Ltd." and/or the "Amsterdam Technical Assistance Company".
Projects marked *) in co-operation with other consultants.
Cameroons
1. Preliminary study into the establishment of a latex concentrating plant at Tiko. -1958
Colombia
1.*) Study into the possibilities of oil palm cultivation in various regions of Colombia. -1958
2. Report on the possibilities of oil palm cultivation of perennial crops. -1960
3. Realization of plan to initiate on oil palm estate in the Turbo area. -1960
4. Management of the oil palm estate "La Arenosa", Turbo (Antioquia). -1960...
5. Soil survey of the Turbo area -1961
6.*) Study into the possibilities of cocoa cultivation in Tumaco -1962
7. Preliminary study into the possibilities of oil palm cultivation in the Acacias Region. -1964
8. Preliminary study into the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda Gales Lda" in Turbo (Antioquia). -1964
9. Preliminary study into the possibilities of oil palm cultivation on the "Hacienda Currulao" in Turbo (Antioquia). -1964
10. Preliminary study into the possibilities of oil palm cultivation on the "Hacienda Currulao" in Turbo (Antioqia). -1964
11. Report on the possibilities of production improvement of the oil palm planted in the "Llanos Orientales". -1964
12. Preliminary study into the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda Sangerman" near Chicorodo (Antioquia). -1964
13. Preliminary study into the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda Salomon Villada" in Turbo (Antioquia) -1964
14. Preliminary study into the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda La Platanera" in Turbo (Antioquia). -1965
15. Preliminary study into the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda El Paraiso" in Currulao (Antioquia). -1965
16. Preliminary study into the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda La Esperanza" in Currulno (Antioquia). -1965
17. Preliminary study into the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda Antioquia Grande" in Turbo (Antioquia). -1965
18. Agro-technical report on the oil palm estate "Palmeras de Occidente" near Buenaventure. -1965
19. Preliminary study on the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda Monterey Lda" in the Caucacio region of Antioquia. -1965
20. Designing and supervision of the construction of the palmoil factory at "La Arenosa" estate near Turbo. -1965/66
21. Preliminary study on the possibility of oil palm cultivation on the "Hacienda Colombia" in Apartada (Antioquia). -1965
22. Feasibility study on the conditions for an oil palm plantation and factory on the "Hacienda La Cabana" near Villavicencio (Llanos Orientales) -1966
23. Technical management of the palm oil factory at "La Arenosa" estate (see 19). -1966...
24. Report on the agronomic possibilities of the oil palm estate "Palmariquani S.A." near Fundacion (Magdalena). -1966
25. Agronomic report on the oil palm estate "Risaralda" near Cucuta. -1967
Congo (Kinshasa)
1. Study into the possibility of establishing a latex concentrating plant at Gwaka. -1959
Costa Rica
1. Study into the possibilities of establishing an oil palm estate. -1962
Ecuador
1. Report of the preliminary survey into the possibilities for tropical agriculture, with the emphasise on oil palm in Ecuador. -1959
2. Study into the possibility of establishing an oil palm estate. -1963
Ghana
1.*) Preliminary report on the "Komenda Sugar Project". -1962
2. Extension of the preliminary survey of the "Komen da Sugar Project". -1962
3. Report on production processes and factory installations recommended for the Rubber Development Project of the "Ghana State Farms Corporation". -1965
Honduras
1. Preliminary survey into the oil palm industry. -1959
Indonesia
1.*) Planning, survey, construction operation and financing of a project for several factories for the processing of Atjeh products i.c. rubber, copira, coffee and patchouli oil. -1964
2.*) Planning of the construction for a copra factory, refinery, soap and tin factory in Medan. -1964
3.*) As 2 in Banda Atjeh. -1964
4. Recommendations with regard to the improvement of the quality of centrifuged latex; the recovery of serum rubber and the possibilities of extending the production of technical qualified block rubber for the estates incorporated in the Perusahan Negara Perkebunan (P.N.P.) Unit V. -1968
5. Report on the extension of blockrubber facilities, the processing of serum and the production of centrifuged latex for P.N.P. Unit V. -1969
6.*) Agro-technical and economic report on the rehabilitation and development of the rubber estates incorporated in P.N.P. Unit II. -1969
7.*) Agro-technical and economic report on the rehabilitation and development of the rubber estates incorporated in P.N.P. Unit III. -1969
8. Management advisory services to the 11 rubber estates incorporated in P.N.P. Unit V. -1970...
9. Inspection advisory services to the 11 rubber estates incorporated in P.N.P. Unit V. -1970...
10. Inspection advisory services to the Sawit Sebrang Oilpalm Project. -1970...
Israel
1. Study into the possibility of sisal cultivation in the dessert areas of Israel. -1963
Ivory Coast
1. Preliminary report on the possibilities of establishing a rubber estate and/or a rubber remilling factory. -1959
2.*) Report on sugarcane development in the Bandama River Valley. -1965
3.*) Report on the expansion of the oil palm and the initation of a coconut development programme. -1967
Liberia
1. Preliminary report on the possibilities of producing latex from smallholders rubber and the establishment of a rubber estate. -1958
2. Study into the possibility of establishing a rubber estate and/or rubber remilling factory. -1959
3. Planning of a rubber estate project in the Salala area. -1959
4. Soilsurvey and ecological study of the Salala area. -1959
5. Management of the "Salala Rubber Estate". -1960...
6. Inspection survey of the Sinu Rubber Estate. -1959/60
7. Construction of the crepe-rubber factory on Sinu Estate as a "turn-key" project. -1962/63
8.*) Feasibility study into the possibilities of oil palm cultivation in Maryland Country. -1969
9. Designing and construction of the crum rubber factory on Salala Rubber Estate. -1970/71
10. Technical and processing management of the factory on Salala Rubber Estate. -1971...
Malaysia
1.*) Report of the "Sungei Tong" oil palm project. -1967
2.*) Technical report regarding the palm oil factories of the "Bukit Goh" and Bukit Mendi" schemes. -1968
3. Management advisory services to the "Sungei Tong" oil palm project. -1968...
4. Management advisory services to the "Sungei Tong" rubber project. -1970...
Mozambique
1. Management of the "Zembe Plantagen A.G." sisal estate in the Chimoio District. -1958...
2. Soil survey of Zembe Sisal Estate. -1961
3. Agro-technical advisory services to the sisal estates of the "Companhia do Boror". -1961/63
4. Agro-technical advisory services to the sisal estates of the "Companhia Comercial e Agricola Joao Ferreira dos Santos". -1963
5. Agro-technical advisory services to the sisal estates of the "Companhia Agricola de Nangorroro". -1963
6. Feasibility study on citrus cultivation in the Chimoio District. -1965/66
Nigeria
1. Report on the possibility of establishing a latex concentrating and sheet factory at Araromi. -1959
2. Feasibility report on the possibilities of co-operation in the rehabilitation of the "Pioneer Oil Mills". -1960
3.*) Report on an investigation into the lagging results of "Bacita Sugar Estate". -1966
4.*) Report on the rehabilitation of the oil palm industry in the Eastern Region of Nigeria. -1966
5. Second report on the agronomic aspects of "Bacita Sugar Estate" (see no. 3). -1967
Panama
1. Study into the possibilities of oil palm cultivation. -1958
2. Realization of a plan to start an oil palm estate. -1959
3. Management of the oil palm estate "Icacal" near Colon. -1959...
4. Report of a preliminary survey of the agricultural possibilities of the "Hermot S.A." property near Remedios (Chiriqui Province) -1962
5. Designing and supervision of the construction of the palm oil factory at "Icacal Estate". -1964
6. Soil survey of "Icacal Oil palm Estate. -1965
7. Technical management of the palm oil factory at "Icacal Estate". -1965...
Peru
1. Preliminary report on the possibility of oil palm cultivation. -1959
Sudan
1. Study into a management/advisory contract of the sugar estate in the Khashin - El Girba area. -1964
Surinam
1. Report on the activities and results of oil palm selection initiated for the delivery of planting material to the oil palm estates "La Arenosa" in Colombia, and "Icacal" in Panama. -1959/64
2. Management of the sugarcane estate "Marienburg". -1963...
3. Management of the cocoa and coffee estate "Peperpot". -1963...
4. Report of the survey into the possibilities of establishing an oil palm estate in the Brokopondo area. -1965
Tanzania
1. Management of the sisal estate "Lugongo" near Tanga. -1955...
2. Soil survey of "Lugongo Estate". -1961...
3. Agro-technical advisory services to "Mkumbara Sisal Estate" of the "African Tobacco Prod. Comp. Ltd.". -1963
4. Agro-technical advisory services to "Kihuwilands Sisal Estate" and "Kihonda Sisal Estate" of Alcile Comp. Ltd. -1963
5.*) Management of the cordage factory of "Usambara Spinning Company Ltd.", built annex the sisal factory of "Lugongo Estate". -1966
6. Feasibility study on the possibility of establishing a sawmill for the production of hardwood flooring blocks. -1968
7. Management of the hardwood sawmill of "Lugongo Estate". -1969...
Vietnam
1. Project study for a latex concentrating plant at Loc Ninh. -1959
Geschiedenis van het archiefbeheer
De verwerving van het archief
Het archief is door schenking verworven.
Het archief is in 1985 geschonken aan de Tweede Afdeling van het Nationaal Archief ( Zie correspondentie Nationaal Archief, Tweede Afdeling, 1985 D9.258/77, 1985 D53, 1986 D 1025. ) . Het omvat 75 meter geschreven archief, kaarten, tekeningen en foto's. Voor raadpleging van het archief is tot 1990 toestemming van de directie vereist. In 1975 werd in verband met een verhuizing een zeer groot deel van het RCMA-archief van vóór 1945 vernietigd. Het restant werd in 1983 vanuit de nieuwe opslagruimte - de kelder van het station Amsterdam Amstel - naar het Nationaal Archief gebracht. J.J.A. Bervoets maakte van de overgebleven geschreven archivalia - welke met uitzondering van de notulen, de jaarverslagen en de grafische archivalia de periode na 1945 bestrijken - een plaatsingslijst. ( Voorlopige plaatsingslijst van het archief van de Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam (vanaf 1905) over de jaren 1803-1984, door J.A.A. Bervoets. 's-Gravenhage: Nationaal Archief, Tweede Afdeling, 1985. Inv. code 2.20.40. ) De grafische archivalia werden overgedragen aan de afdeling Kaarten en Tekeningen van het Nationaal Archief.

Inhoud en structuur van het archief

Selectie en vernietiging
Het belang van dit archief ligt met name in de industrieel-archeologische informatie over de rubber en andere cultures in de Nederlands-Indische periode en de machinetechniek over de hele periode van de RCMA. Voor wat betreft de periode na 1958 is het archief een bron voor de geschiedenis van de internationale landbouw.
Afgezien van een aantal doublures is een deel van de ca. 9.000 technische tekeningen uit de Nederlands-Indische periode voor vernietiging in aanmerking gekomen. Na overleg met diverse personen en instanties ( O.a. contact opgenomen met ir. H. Lintsen van de Technische Universiteit Eindhoven (voorzitter werkgroep "Geschiedenis van de Techniek"). ) is een vernietigingsplan opgesteld. Hieronder volgt een korte uitleg met betrekking tot de vernietiging, voor verdere vernietigingscriteria zie inventarisatiedossier RCMA. ( Nationaal Archief, Afdeling Kaarten en Tekeningen inventarisatiedossier 201.01 RCMA. )
Aangezien de wijze van exploitatie van de ondernemingen van de RCMA onderling slechts gering verschilt, zijn van elke culture (rubber, oliepalm e.d.) over de gehele periode op zowel Java als Sumatra telkens de tekeningen van één onderneming bewaard. Op Sumatra zijn dat de ondernemingen "Ramboetan"(Rubber), en "Hengelo"(Oliepalm) en op Java "Zeelandia" (Rubber, Koffie, Thee). Omdat in groep a - Emplacementen, plannen en gebouwen - onderling wel verschillen aan te wijzen waren, is hier een uitzondering gemaakt. In enkele gevallen bevatte een bepaalde groep voor de bovengenoemde ondernemingen geen tekeningen: in die gevallen zijn de tekeningen van een andere onderneming bewaard. Om welke ondernemingen het in die gevallen gaat, is steeds vooraan de rubriek of groep in de inventaris verantwoord. Uiteindelijk bleek ca. 80% van het technische tekeningenbestand voor vernietiging vatbaar. De oude toegang (het fiche-systeem) is gezien de grote lacunes eveneens vernietigd. De omvang van het archief bestaat na schoning uit 2255 bladen + 5 meter fotoarchief en A-4 gevouwen tekeningen in dozen.
Verantwoording van de bewerking
Ordening Als methode van ordening is een "ordening naar organisatie" toegepast dat wil zeggen dat de indeling van de inventaris gebaseerd is op de organisatie van de administratie van de instelling ( Zie nrs. 12 en 13 van "Lexicon van Nederlandse Archieftermen" / Stichting Archief Publicaties. - 's-Gravenhage, 1983. ) . De hiervoor beschreven verandering in organisatie (en werkterrein), had tot gevolg dat ook het archief een nieuwe opzet vereiste. Dit blijkt ook uit het rapport dat het Nederlands Instituut voor Documentatie en Registratuur (NIDER) in opdracht van de RCMA in 1961 samenstelde ( Rapport Postbehandeling en organisatie en ordening van het archief voor de N.V. Rubber Cultuur Maatschappij "Amsterdam" / Nederlands Instituut voor Documentatie en Registratuur, 1961. Zie noot 11 inv. nr. 1130. ) . Aan deze structurele verandering binnen de organisatie is de tweedeling in de inventaris ontleend. De ordening van de kaarten, tekeningen en foto's wordt voor het eerste en tweede deel afzonderlijk verantwoord.
De kaarten, beschreven in het 1e deel zijn geordend naar functie binnen de organisatie. Een aantal losse kaarten in kokers en een serie kaarten die werd aangetroffen bij de technische tekeningen - in Rubriek Z Diversen, groep l landkaarten - zijn bijeengevoegd. Bij de technische tekeningen - door de administratie ontsloten door middel van een fichesysteem met verdeling in rubrieken en groepen - is de door de RCMA gehanteerde ordening en oude nummering (als onderdeel van de verzamelbeschrijving) behouden. De oude nummering is als uniek identificeerbaar kenmerk gehandhaafd en in feite als inventarisnummer gebruikt. De fotoalbums, waaronder twee series "Technische zaken" en "Aanplant", zijn chronologisch geordend.
Bij de kaarten in het tweede deel valt een onderscheid te maken in de "eigen" - voor een speciaal doel gemaakte kaarten, thematisch ingedeeld met een Romeinse nummering - en anderzijds de gedrukte topografische kaarten, met een documentair doel, ontsloten door middel van de udc-hulptabel van Plaats. De ordening van bovenstaande kaartseries is volledig naar analogie van de administratie.
In het al bovengenoemde rapport van het Nider werd ook een voorstel ten aanzien van de technische tekeningen gedaan. De voorgestelde archiefcode (classificatie) werd rond 1961 in gebruik genomen. Hieronder een voorbeeld van een tekening met zo'n codering:
702.01.03 Suiker/Stoommachines - onderdelen/3e tekening
Volledig Rubriek Groep Verfijning groep
702.01.03 Suiker Stoommachines onderdelen 3e tekening
7 02 01 03
Een nadeel van deze codering is dat deze niet overeenkomt met de onderwerpsdossiers in het geschreven archief en dat er geen logisch verband bestaat tussen de onderwerpen onderling. Ondanks het feit dat slechts twee coderingsoverzichten Rubriek 1 Algemeen en 7 Suiker (zie inv. nr. 465) uit het geschreven archief met de tekeningen kunnen worden gecombineerd, is bij gebrek aan alternatief deze classificatie toch in de inventaris overgenomen. Omdat het geschreven archief van de RCMA nu nog slechts door middel van een voorlopige plaatsingslijst toegankelijk is, blijft het mogelijk dat na inventarisatie meerdere coderingsoverzichten aangetroffen worden. De foto's tenslotte zijn chronologisch geordend.
Beschrijvingen In de inventaris zijn archiefbeschrijvingen toegepast. ( M. Kok / beschrijving en ordening van kaarten in het archief in: Smits, J. en G. Staal (red.), Titelbeschrijven voor cartografische Documenten/verslag zomercursus NVK 1982. Doorn, 1983 p.31-76. Deze lezing is later afzonderlijk als reader uitgebracht, aangevuld met terminologie, zie Nieuws van Archieven, nov. 1987. ) Een uitzondering hierop vormt de serie gedrukte, documentaire kaarten in het tweede deel van de inventaris, die middels de Fobid-regels deel 8 (verkorte titelbeschrijvingen) zijn beschreven. ( Regels voor de titelbeschrijving: Beschrijvingsregels voor Kartografische documenten / Fobid. - Den Haag: NBLC, 1982. - 116 p. (Regels voor de titelbeschrijving; 8) ) Bij de technische tekeningen uit Nederlands-Indië voor 1958 gaat het in bijna alle gevallen om lichtdrukken. Daar waar dit niet het geval is wordt dit bij het ontwikkelingsstadium vermeld. De technischetekeningen van de ATAM zijn netexemplaren, calques. De ingekomen tekeningen van andere bedrijven zijn overwegend lichtdrukken.
Wanneer de schaal niet aan de kaart of tekening ontleend kon worden, is deze niet in de beschrijving vermeld. De aanduiding "zonder schaal" ontbreekt in de beschrijving.

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, NV Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam, nummer toegang 4.RCMA, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Rubber Cultuur Mij. / Kaarten en tekeningen, 4.RCMA, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Verwante archieven
2.20.40 - Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam (RCMA), (1800) 1905-1985

Bijlagen

Overzicht van geraadpleegde bronnen Bibliografi karet Indonesia 1876 - 1976: Indonesian rubber bibliography. - Bogor: [S.n], 1978. De landbouwconcessies in de Residentie Oostkust van Sumatra / door H.J. Bool. - [S.l.]: [S.n.], [1903] 143 p. Archief voor de rubbercultuur in Nederlandsch-Indië. - Buitenzorg: Centraal Rubberstation. Jrg. 1917-1953. Rubber bibliographie / H. Gonggrijp. - Medan: A.V.R. O.S. proefstation, 1929. - 39 p. 'De Rubber Cultuur Maatschappij "Amsterdam"' / door J. Keuter. - Uit: De Indische Post , 5 sept. 1925, p.21. De suikeronderneming Marienburg: de sociaal-economische betekenis van de suikerindustrie van Suriname / door J. R.P. Krishnadath. - [S.l.]: Universiteit van Suriname, Faculteit der Sociaal-Economische Wetenschappen, 1982. Doctoraal scriptie. Concessies en erfpachten ten behoeve van landbouwondernemingen in de buitengewesten van Nederlandsch-Indië / door J.G.W. Lekkerkerker. - Groningen: J.B. Wolters, 1928. - 225 p. Proefschrift. Suikeronderneming Marienburg Suriname 100 jaar, 1882 - 23 oktober 1982 / Andre H. Loor. - [S.l.]: [S.n.], 1982. Handboek der Rubber-Cultuurmaatschappijen in Nederlandsch-Indië / red. A.G.N. Swart e.a. - Amsterdam: J.H. de Bussy, 1921. - 777 p. Rubber: roman uit Deli / M. Szekeli-Lulofs. - Amsterdam: Elsevier, 1931. - 302 p.
Betekenis van in de inventaris gebruikte afkortingen
H.A.S:
hoofdadministratie Sumatra
H.A.J:
hoofdadministratie Java
[S.l.]:
Sine loco (zonder plaats)
[s.n.]:
Sine nomine (zonder naam)
z.j.:
zonder jaar
krt.:
kaart
bld.:
bladen
deelnamesindsmaatschappijonderneminglandproductVolledigRubriekGroepVerfijning groep

Archiefbestanddelen