Terug naar zoekresultaten

2.05.295 Inventaris van het archief van het Nederlandse Consulaat te Montevideo en het Vice-Consulaat te Fray-Bentos (Uruguay), 1852-1946 (1952)

Het archief van het Consulaat in Montevideo en het vice-consulaat in Fray Bentos, Uruguay (1852-1946) bevat stukken die de organisatie betreffen, stukken in verband met benoemingen, scheepsverklaringen, correspondentie met de Koninklijke Marechaussee en stukken van het Nederlands hulpcomité in Montevideo.
Voer een zoekterm in
VorigeVolgende

Archief

Titel

2.05.295
Inventaris van het archief van het Nederlandse Consulaat te Montevideo en het Vice-Consulaat te Fray-Bentos (Uruguay), 1852-1946 (1952)

Auteur

G.P. de Vries

Versie

06-07-2021

Copyright

Nationaal Archief, Den Haag
1989 cc0

Beschrijving van het archief

Naam archiefblok

Nederlands Consulaat te Montevideo en Vice-Consulaat te Fray-Bentos (Uruguay)
Consulaten Uruguay

Periodisering

archiefvorming: 1852-1946
oudste stuk - jongste stuk: 1852-1952

Archiefbloknummer

Z216

Omvang

; 33 inventarisnummer(s) 1,60 meter

Taal van het archiefmateriaal

Het merendeel der stukken is in het. Een deel is vermoedelijk gesteld in het.
Nederlands
Spaans

Soort archiefmateriaal

Normale geschreven, getypte en gedrukte documenten, geen bijzondere handschriften.

Archiefdienst

Nationaal Archief

Locatie

Den Haag

Archiefvormers

Consulaat te Montevideo, Uruguay Vice-Consulaat te Fray Bentos, Uruguay

Samenvatting van de inhoud van het archief

Het archief van het Consulaat in Montevideo en het vice-consulaat in Fray Bentos, Uruguay (1852-1946) bevat stukken die de organisatie betreffen, stukken in verband met benoemingen, scheepsverklaringen, correspondentie met de Koninklijke Marechaussee en stukken van het Nederlands hulpcomité in Montevideo.

Archiefvorming

Geschiedenis van de archiefvormer
GESCHIEDENIS VAN URUGUAY 1852-1946
Vanaf 1828 werd Uruguay niet meer lastig gevallen door Europese mogendheden voor herkolonisatie en was het land verwikkeld in een interne machtstrijd. Bovendien bemoeiden diverse Europese landen zich wel met deze machtsstrijd. Van 1839 tot 1851 was er de Guerra Grande (de 'Grote Oorlog'). De oorlog begon als een conflict tussen de Colorados en de Blancos, de volgelingen van Rivera en Oribe, de eerste presidenten van de nieuwe republiek. De Blanco Oribe was afgezet door de Colorados en hij was gevlucht naar Argentinië. In 1843 viel Oribe Uruguay binnen en omsingelde Montevideo. Het beleg duurde tot 1851. Het conflict ontaardde al snel in een internationale oorlog waar Brazilië, Argentinië, Amerika en Europese landen als Groot Brittanië en Frankrijk zich mee bemoeiden.
Na de Guerra Grande die ontstond uit een conflict tussen de Blancos en de Colorados en eindigde in 1851, was er nog steeds onrust in Uruguay. Individuele caudillos hadden de lokale macht in Uruguay en de centrale macht was de grip op het land een beetje kwijt. Ook in omringende landen hadden caudillos de macht.
Omstreeks 1875 kwam er meer rust in Uruguay. De centrale macht kreeg hoe langer hoe meer grip op het land. Dit werd bevorderd door modernisatie van de infrastructuur en de aanleg van telegraafnetwerken. In 1903 werd José Battle y Ordoñez benoemd tot president van Uruguay. Hij zorgde ervoor dat Uruguay de meest geordende en progressieve democratische staat werd van heel Latijns-Amerika. Grotendeels door toedoen van president José Battle y Ordoñez werd Uruguay ook wel het Zwitserland van Latijns-Amerika genoemd.
Niet alleen door toedoen van president José Battle y Ordoñez werd Uruguay 'Europeser'. Uruguay was van oudsher al erg ontvankelijk voor Europese ideëen, veel meer dan andere Latijns-Amerikaanse landen. Dit kwam door de vele Europese immigranten die tijdens en na de kolonisatie door Portugal en Spanje naar Uruguay kwamen. Jan M.G. Kleinpenning zegt in Peopling the Purple Land:
'The immigrants deeply influenced Uruguayan society. Without the large influx of Europeans, Uruguay would not have experienced the modernisation that began after 1830 and accelerated in the final decades of the last century and the opening decades of this. Like Argentina, Uruguay became a country with pronounced European characteristics and was alienated as such from a large part of the Latin American continent.' ( Peopling the Purple Land: A Historical Geography of Rural Uruguay, 1500-1915, Jan M.G. Kleinpenning, CEDLA, Amsterdam, 1995, p. 261 -262 )
De Europese immigranten zorgden ook voor modernisering binnen de belangrijkste tak van economie in Uruguay: de veeteelt. Zij introduceerden nieuwe rassen van runderen en schapen wat bijvoorbeeld zachter vlees, of mooier wol opleverde. Uruguay verwachtte ook dat de immigranten hen konden helpen met nieuwe ontwikkelingen en moedigde incidenteel immigratie van Europeanen naar Uruguay zelfs aan. Maar het gaat te ver om alle moderne ontwikkelingen toe te schrijven aan Europese immigranten. Tot Uruguay's teleurstelling trokken veel Europeanen namelijk (uiteindelijk) naar de stad en niet naar het platteland om daar kennis over te dragen (zoals de Uruguyanen het liefst hadden gehad):
'By far the majority of the immigrants ended up - immediately or in the course of time - in the city (usually Montevideo) and Uruguay was still pre-eminently a livestock farming country at the beginning of this century.' ( Peopling the Purple Land: A Historical Geography of Rural Uruguay, 1500-1915, Jan M.G. Kleinpenning, CEDLA, Amsterdam, 1995, p. 261. )
Wat de toestroom van immigranten niet lukte, lukte president José Battle y Ordoñez wel, namelijk het binnenloodsen van Uruguay in de moderne wereld.
DE HISTORISCHE BETREKKINGEN NEDERLAND EN URUGUAY TOT 1946
Pas in de negentiende eeuw werd Latijns-Amerika (en dus ook Uruguay) echt interessant voor Nederland. Nederland was in 1813, na de Franse Tijd, wederom onafhankelijk en voldoende hersteld van de klap van het verlies van België. Zij was nu in staat om op avontuur te gaan en nieuwe handelsbetrekkingen aan te knopen. Latijns-Amerika bood mogelijkheden in die richting. De Latijns-Amerikaanse landen waren toen verwikkeld in een hevige strijd om onafhankelijkheid en Nederland wilde daar graag van profiteren:
'Tijdens de in 1810 in de Spaanse koloniën in Zuid-Amerika begonnen onafhankelijkheidsstrijd, leverden Nederlandse kooplieden op grote schaal via Curaçao wapens en geld aan de opstandelingen, vooral aan Simón Bolívar en de zijnen.' ( Inleiding op de Inventaris van de Archieven van het Consulaat-Generaal/Gezantschap/Ambassade en de Gemengde Commissie te Caracas (Venezuela), 1840-1954, K. van Ijken, DDI/ON, Den Haag, maart 2003, p. 4. )
Nederland voelde ook wel een zekere verwantschap als Spaanse oud-kolonie met deze onafhankelijkheidsstrijd tegen Spanje.
Nederland was niet alleen succesvol als wapenleverancier maar ook als goederentransporteur.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog profiteerde Nederland in economisch opzicht erg van haar neutrale positie. Dit kwam ook tot uiting in haar economische betrekkingen met Latijns-Amerika:
'De Nederlandse neutraliteit tijdens de Eerste Wereldoorlog bevorderde de Rotterdamse doorvoerhandel naar Duitsland, en de Nederlandse scheepvaart verwierf een belangrijk aandeel in het Latijns-Amerikaanse kustverkeer.' ( Inleiding op de Inventaris van de Archieven van het Consulaat-Generaal/Gezantschap/Ambassade en de Gemengde Commissie te Caracas (Venezuela), 1840-1954, K. van Ijken, DDI/ON, Den Haag, maart 2003, p. 7. )
Echter, over het geheel van de periode bezien van 1852-1946, waren de economische betrekkingen tussen Latijns-Amerika en Nederland slechts marginaal te noemen. Nederland nam in deze periode wel de traditionele producten van Uruguay en Argentinië af, zoals huiden en vlees (dit blijkt o.a uit het Register van schepen binnengekomen in de haven van Montevideo 1857-1921, Inventarisnummer 26) .
POLITIEKE BETREKKINGEN
De economische verhoudingen van Nederland met Latijns-Amerika weerspiegelden de politieke verhoudingen: alles was maar magertjes te noemen. Buitenlandse Zaken was sowieso al niet scheutig met het toekennen van diplomatische titels, maar in Latijns-Amerika kwam deze houding wel heel erg expliciet tot uiting. Rob van Vuurde zegt hierover in Engeland, Nederland en de Monroeleer, 1895-1914:
'Het was alom Hollandse zuinigheid wat de klok sloeg. Nederland liet zich in de meeste hoofdsteden vertegenwoordigen door een honorair consul of consul-generaal, die zich zonder diplomatieke titel zo nodig - en indien toegestaan - ook met politieke kwesties occupeerde. Daarbij ging men er op Buitenlandse Zaken stilzwijgend van uit dat de zogenaamde 'koopmansconsuls' het ambt als een eer opvatten naast hun eigenlijke werk en daarom wel bereid waren zelf een deel van de onkosten te dragen.' ( Engeland, Nederland en de Monroeleer, 1895-1914, 'Europese belangenbehartiging in de Amerikaanse invloedssfeer', Rob van Vuurde, De Bataafsche Leeuw, Amsterdam, 1998, p. 66. )
Deze situatie zorgde voor veel onvrede bij de 'koopmansconsuls', de kosten die zo'n post met zich meebracht, konden namelijk erg oplopen. Bovendien belemmerde het de bilaterale betrekkingen tussen Nederland en verschillende Latijns-Amerikaanse landen. Vooral in de La Plata-landen, waar Uruguay ook onder valt, voelde men zich in zijn trots gekrenkt. Men voelde het in deze landen als een soort belediging, alsof Nederland hun land niet belangrijk genoeg vond om een vertegenwoordiger met een diplomatieke titel naar toe te sturen:
'De begin 1875 benoemde consul-generaal voor Brazilië, Argentinië en Uruguay, H.L. van Deventer, kreeg al direct na aankomst in Rio de Janeiro te verstaan dat hij niet op erkenning door de regeringen van de La Plata-landen hoefde te rekenen, als hij niet in die landen zelf zijn standplaats had. Fijntjes wees de Argentijnse regering Nederland erop dat het bezwaar verviel als de consul-generaal zich bij haar in een diplomatieke rang liet accrediteren.' ( Engeland, Nederland en de Monroeleer, 1895-1914, 'Europese belangenbehartiging in de Amerikaanse invloedssfeer', Rob van Vuurde, De Bataafsche Leeuw, Amsterdam, 1998, p. 68. )
OVERZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERTEGENWOORDIGERS TE MONTEVIDEO
De volgende consulaire ambtenaren waren belast met de leiding van de Nederlandse consulaire vertegenwoordiging te Montevideo:
1854-1868 E. Barthold
1868-1874 A. Delisle
1874-1876 L. de Vrij
1876-1888 B.A. Barrere
1888-1894 A. Th. Cristophersen
1894-1898 P.M.R.A. graaf de Malherbe
1898-1905 E.E. H. Löhr
1905-1909 F. Lagemann
1909-1946 E. Ruete
Geschiedenis van het archiefbeheer
Het consulaat in Montevideo ressorteerde onder het Nederlands gezantschap te Buenos Aires (Argentinië). Tot het ressort van het consulaat te Montevideo behoorde het gehele grondgebied van Uruguay. Het vice-consulaat te Fray Bentos ressorteerde onder het consulaat te Montevideo en werd opgeheven in 1925.
Het archief van het consulaat te Montevideo alsmede enkele dossiers van het vice-consulaat te Fray Bentos over de periode 1850-1946 werden in 1960 overgebracht naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
De verwerving van het archief
Het archief is krachtens bepalingen van de Archiefwet overgebracht.

Inhoud en structuur van het archief

Inhoud
Het archief bevat vooral:
  • Scheepsverklaringen
  • Stukken betreffende benoemingen van consuls en vice-consuls
  • Stukken opgemaakt tijdens de Tweede Wereldoorlog: correspondentie met de Koninklijke marechaussee alsmede hun familie in Nederland
  • Stukken betreffende het Nederlands hulpcomité in Montevideo
Selectie en vernietiging
Het archief had een omvang van 27 dozen (3 meter). Tijdens de inventarisatie zijn 14 dozen (1,5 meter) vernietigd volgens de vernietigings¬lijst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (1960).

Aanwijzingen voor de gebruiker

Openbaarheidsbeperkingen
Volledig openbaar.
Beperkingen aan het gebruik
Reproductie van originele bescheiden uit dit archief is, behoudens de algemene regels die gelden voor het kopiëren van stukken, niet aan beperkingen onderhevig. Er zijn geen beperkingen krachtens het auteursrecht.
Materiële beperkingen
Het archief kent geen beperkingen voor het raadplegen van stukken als gevolg van slechte materiële staat.
Aanvraaginstructie
Openbare archiefstukken kunnen online worden aangevraagd en gereserveerd. U kunt dit ook via de terminals in de studiezaal van het Nationaal Archief doen. Om te kunnen reserveren dient u de volgende stappen te volgen:
  1. Creëer een account of log in.
  2. Selecteer in de archiefinventaris een archiefstuk.
  3. Klik op ‘Reserveer’ en kies een tijdstip van inzage.
Citeerinstructie
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste éénmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Nationaal Archief, Den Haag, Nederlands Consulaat te Montevideo en Vice-Consulaat te Fray-Bentos (Uruguay), nummer toegang 2.05.295, inventarisnummer ...
VERKORT:
NL-HaNA, Consulaten Uruguay, 2.05.295, inv.nr. ...

Verwant materiaal

Beschikbaarheid van kopieën
Inventarisnummers van dit archief zijn niet in kopievorm beschikbaar
Publicaties
Literatuur en naslagwerken The Military in South American Politics , George Philip, Croom Helm, Beckenham, 1985 Rent-Seeking Trade Policy: A Time -Series Approach, Martin Rama, The World Bank and CINVE, Washington, mei 1993 De Nieuwe Wereld en de Lage Landen, ' Onbekende Aspecten van Vijfhonderd Jaar Ontmoetingen tussen Latijns-Amerika en Nederland ', red. J.Lechner en H.Ph. Vogel, Meulenhoff, Amsterdam, 1992 Landenhervormingen in Latijns-Amerika, Hoofdafdeling Onderzoek en Documentatie, Bureau Onderzoek', Den Haag, 18 mei 1973 Overzicht van de ontwikkeling van het communisme in de afzonderlijke landen en gebieden van Latijns Amerika , DDI/ON, Den Haag Het Latijns-Amerikaanse nationalisme en de Monroeleer , ON-rapporten Peopling the Purple Land: A Historical Geography of Rural Uruguay, 1500-1915, Jan M.G. Kleinpenning, CEDLA, Amsterdam, 1995 Lente in het Zuiden, 'De Crisis van de Latijnsamerikaanse Dictaturen', red. Kees Biekart & Alex Fernández Jilberto, Uitgeverij SUA, Amsterdam, 1988 Inleiding op de Inventaris van de Archieven van het Consulaat-Generaal/Gezantschap/Ambassade en de Gemengde Commissie te Caracas (Venezuela), 1840-1954, K. van IJken, DDI/ON, Den Haag, maart 2003 Engeland, Nederland en de Monroeleer, 1895-1914, ' Europese belangenbehartiging in de Amerikaanse invloedssfeer ', Rob van Vuurde, De Bataafsche Leeuw, Amsterdam, 1998 The Far Horizon: Thirty Years Among the Gauchos of Uruguay, C.E.R. Empson, Rozenberg Publishers, Amsterdam, 2002, p.1